Help ik heb een huilbaby!
Je bent bevallen! Een mooie bijzondere en intensieve periode rondom de geboorte van je kind is aangebroken. Iedere ouder wil zijn of haar kind de beste start geven. Maar hoe weet je wat je kindje nodig heeft? De eerste periode staat in het teken van je kindje leren kennen. Maar hoe doe je dat wanneer je kindje alleen maar blijft huilen en er geen patroon te ontdekken valt? Overmatig huilen bij jonge baby’s is een gemeenschappelijk en vaak ernstig probleem voor ouders.[1]
Normaal huilgedrag
Huilen is een communicatiemiddel. Het is eigenlijk de enige taal die een baby kan spreken om te vertellen wat hij nodig heeft. Heeft een kindje honger, heeft hij een poepluier, zit er een boertje dwars of is het moe? Huilen is de enige mogelijkheid voor een baby om te laten weten dat hem iets dwars zit. Veel moeders reageren instinctief door de baby op te pakken en te troosten. In een beroemd artikel uit 1972 kregen ze daarin gelijk. Als moeders altijd en snel reageren, zo bleek uit onderzoek, neemt het huilen langzaam af. Het heeft namelijk een communicatieve functie.[2] [3]
Wanneer een huilbaby
Wat is nu de grens tussen normaal huilgedrag en veel huilen? Er zijn verschillende definities van een huilbaby. Een daarvan is wanneer een baby meer dan 3 uur per dag huilt gedurende meer dan 3 dagen per week en gedurende meer dan 3 weken achter elkaar.¹ De voor de praktijk relevantste definitie van een huilbaby is ‘een baby van wie de ouders vinden dat hij of zij excessief huilt.’ Dat is immers ook de hulpvraag waarmee ouders komen.[4] Wat het voor ouders vaak moeilijk maakt is niet het huilen zelf, maar het feit dat ze hun kindje niet kunnen troosten.²
Oorzaken huilbaby
Het is niet zo makkelijk één duidelijke oorzaak te noemen voor het vele huilen. Er zijn verschillende oorzaken mogelijk. Men denkt dat het vaak kinderen zijn die door een overgevoelig zenuwstelsel snel in een alarmtoestand raken door prikkels van buiten en vanuit hun eigen lijfje.²
Mogelijke oorzaken voor een overgevoelig zenuwstelsel zijn bijvoorbeeld stress tijdens de zwangerschap of een zware bevalling.
Wat betreft prikkels van buitenaf zijn de volgende factoren belangrijk:
* Rust - Ritme - Regelmaat: Het is belangrijk om een baby zoveel mogelijk rust, ritme en regelmaat aan te bieden zodat er minder stress situaties voor het kindje ontstaan. Een kindje krijgt vertrouwen in zijn omgeving omdat het sneller dingen herkent. Een goed slaapritme zorgt er ook voor dat een kindje zijn prikkels beter kan verwerken.
* Rust voor de ouders: Ook is het belangrijk dat ouders zelf niet veel stress hebben want dit voelt je kindje snel aan.
Wat betreft prikkels vanuit het lijfje zelf
kunnen o.a. volgende factoren meespelen:
* Darmkrampjes: Pijn zorgt voor onrust en extra prikkels vanuit het verteringssysteem naar de hersenen. Door deze extra prikkels is het zenuwstelsel sneller overprikkeld.
* Een blokkade
of een bewegings-beperking: Onze hersenen ontvangen continue informatie
vanuit onze spieren, gewrichten en organen. Dit kan informatie zijn over een
lege maag, pijn, aanraking, koude of
warmte, spierspanning etc. Wanneer er door een bewegingsbeperking pijn of rek
op weefsel staat zal dit continue prikkels naar het zenuwstelsel geven.[5] Hierdoor zal sneller
overprikkeling optreden. Een osteopaat gaat op zoek naar deze
bewegingsbeperkingen om de overprikkeling te verminderen
* Voedselintolerantie: In uitzonderlijke gevallen kan ook een voedselintolerantie zoals een koemelkallergie oorzaak zijn voor het vele huilen. In dit geval wordt geadviseerd over te stappen op hypoallergene voeding.?
Stress tijdens zwangerschap
Wanneer de moeder stress heeft zal haar lichaam het hormoon cortisol produceren. Dit hormoon wordt afgegeven door de bijnier. De effecten van dit hormoon hebben te maken met stress situaties.[6] De placenta is in staat een bepaalde hoeveelheid cortisol te blokken en te deactiveren. Wanneer de hoeveelheid cortisol echter te hoog is, zal het cortisol van de moeder via de placenta doorgegeven worden aan het ongeboren kind.[7]
Ligging van de baby
Wanneer een kindje indaalt buigt hij het hoofd naar v)oren met de kin op de borst en maakt hij een draai, ook wel de inwendige spildraai genoemd. Daarna buigt hij het hoofd weer naar achteren zodat het hoofd geboren kan worden. Wanneer het hoofd geboren is zal het hoofd t.o.v. zijn lichaam weer een stukje terug moeten draaien zodat ook de schouders en de rest van het lichaam geboren kunnen worden. Dit wordt ook wel de uitwendige spilddraai genoemd.[8] Een heel aantal bewegingen dus.
Wanneer er een afwijkende ligging van de baby is in de buik, kan dit invloed hebben op het optimaal draaien en daarmee ook op eventuele complicaties en de lengte van de bevalling.
Bij een optimale ligging wordt ook de druk goed verdeeld, bij een afwijkende ligging kan er meer kracht komen op bepaalde delen van het lichaam wat na de bevalling voor problemen kan zorgen.
Kan een osteopaat helpen?
Een osteopaat zal uw baby onderzoeken of het goed beweegt. Dit betekent dat onderzocht zal worden of alle bewegingen in verschillende richtingen goed uit te voeren zijn of dat er beperkingen aanwezig zijn. Hierbij zal het hele lichaam onderzocht worden, dus de schedel, de wervelkolom, de schouders, het bekken, de heupen etc. Ook zal de osteopaat het orgaansysteem onderzoeken. Problemen in bijvoorbeeld het verteringssysteem kunnen ook oorzaak zijn voor overmatig huilen.
Wanneer er bewegingsbeperkingen gevonden worden zal dit met zachte technieken behandeld worden.
Voor meer informatie of het maken van een afspraak verwijzen wij naar de website www.osteopathienieuwenhuis.nl
1 S.A. Reijneveld et al (2001) Excessive Infant Crying: The Impact of Varying Definitions. Pediatrics 108(4):893-7
2 Rita Kohnstamm (2009), Kleine ontwikkelingspsychologie I, 2, 41-42
3 Bell, S.M. & Salter Ainsworth, M.D. (1972) Infant Crying and Maternal Responsiveness. Child Development, 43, 1171-1190
4 P.Zwart en P.L.P. Brand (2004) Excessief huilen van zuigelingen: een probleem van kind en ouders (en slechts zelden veroorzaakt door koemelkallergie). Ned Tijdschr Geneeskd. 2004; 148:260-2
5 Ben van Cranenburgh (2004) Segmentale verschijnselen. 2, 12-13; 5, 42-45
6 Grégoire, van Straaten-Huygen en Trompert (2014) Anatomie en fysiologie van de mens. 11, 248
7 E.Moeckel en N.Mitha (2008) Textbook of Pediatric Osteopathy, 3, 15
8 P.Joep Dorr et al (2010) Obstretische interventies, 2, 39-49